De tweede Yama op het achtvoudige pad van Raja Yoga is Sattya, waarachtigheid. We zeggen vaak dat Raja Yoga een wetenschappelijke methode is voor zelfrealisatie. Dat veronderstelt dat jij je iets kunt ‘realiseren’; dat je een waarheid over jezelf kunt beseffen.
Daarom is het belangrijk vast te stellen wat ‘waarheid’ nou eigenlijk is en hoe we ernaar moeten kijken. Wetenschappers vallen over elkaar heen om uit te leggen wat waarheid is. Er zijn boeken vol over geschreven. Vanuit de yogaleer houden we van eenvoud. We zien complexiteit als een gebrek aan inzicht. Daarin staan we trouwens niet alleen. De oorspronkelijke wetenschappers, de oude natuurkundigen, zagen dat ook zo. Als je het terugbrengt tot zijn essentie is waarheid een simpel beginsel.
Waarheid is een verklaring die algemeen geldend én tijdloos is.
Wetenschappelijke waarheidsvinding werkt als volgt: Een wetenschapper beschrijft op basis van waarnemingen een hypothese. Dat is een mogelijke verklaring voor zijn waarnemingen. Dat is dus een stelling die waar zou kunnen zijn, maar niet bewezen is. Die wetenschapper geeft dat ook eerlijk aan: ‘het zou waar kunnen zijn, maar ik weet het niet zeker’. Vervolgens dient dat als inspiratie voor allerlei andere wetenschappers, die het vanuit verschillende perspectieven gaan onderzoeken, aanvullen en aanpassen tot er iets uit komt waar een groep wetenschappers zich in kan vinden en dan wordt die hypothese in aangepaste vorm een theorie. En nou komt het belangrijkste, dat helaas zo vaak vergeten wordt. Die wetenschappers zijn het van begin af aan met elkaar eens dat die theorie ‘waar’ is totdat het tegendeel bewezen is. En alle wetenschappers zien het vervolgens als hun taak om aan te tonen dat het niet waar is. Ze zoeken naar omstandigheden waaronder de theorie niet geldig is, want dat is hoe we leren. We leren dus niet door bevestiging maar door ontkenning.
De klassieke Westerse wetenschappers, mensen als Pythagoras, Aristoteles, Plato, Archimedes en Hermes Trismegistus en alle andere reuzen op wiens schouders wij mogen staan, hadden veel gemeen met de oude Rishis. Ze zagen kennis helemaal niet als iets wat van hun zelf kon zijn. Ze zochten naar universele inzichten en vierden het als een theorie door de mand viel, want dat is groei van bewustzijn. Inzichten komen juist voort uit ongehechtheid, uit de bereidheid om alles ter discussie te stellen, vooral jouw eigen aannames. Besef dat jouw eigen aannames altijd gekleurd zijn door jouw ervaringen en jouw perspectief. Blijf jouw ‘waarheid’ steeds tegen het licht houden. De Yama Sattya wordt vaak als ‘Eerlijkheid’ vertaald. Bewust liegen tegen anderen is niet de grootste valkuil. De meeste mensen hebben dat redelijk onder controle. Het grootste gevaar is dat de wens de vader van de gedachte is; dat je eigenlijk niet helemaal eerlijk bent tegen jezelf, waardoor jij jouw eigen waarheden creëert.
Blijf steeds jouw ervaringen met jouw overtuigingen vergelijken. Dat is de essentie van Sattya.
Doe dat in bewust in gedachten, maar ook in meditatie. Dan kun je zonder persoonlijke hechting naar jouw eigen overtuigingen kijken en zien dat ze niet algemeen geldend en tijdloos zijn. Dan ontstaat een gevoel van ruimte, juist doordat je een onwaarheid in jouw eigen overtuigingen herkent. Daardoor ga je jouw eigen problemen beter begrijpen. Je ziet weer ruimte voor nieuwe perspectieven. Dat gevoel van ruimte is geweldig en het is dan weer de kunst om niet aan je nieuwe ideeën te hechten, want dat beperkt jouw mogelijkheid om te blijven leren.
Ruimte ontstaat als je ziet dat iets niet waar is. Koester jouw ruimte voor groei, zodat jij jezelf kunt realiseren.
Veel succes
In onze opleiding leer je op de juiste manier te mediteren, zodat je het zelf toe kunt toepassen.
Interesse? Je bent van harte welkom voor een persoonlijke kennismaking.
Wij waarderen het als je deze blog deelt met anderen.